Wie waren de oprichters van de bekendste Islay distilleerderijen

De mythische status van het eiland Islay als whiskywalhalla is geen toeval. Achter elk rokerig glas single malt van dit ruige eiland schuilen namen van pioniers, smugglers, idealisten en zakenlieden – de oprichters van de Islay-distilleerderijen. Wie waren deze mensen, en wat dreef hen om op een windgegeseld eiland aan de rand van Schotland een whisky-imperium te bouwen?

Ontdek wie de oprichters waren van de legendarische Islay distilleerderijen zoals Laphroaig, Ardbeg en Lagavulin. Puur whisky-erfgoed!

1. Laphroaig – De broers Johnston

Laphroaig werd in 1815 officieel opgericht door Donald en Alexander Johnston. Hoewel hun vader een boerderij runde op Islay, besloten de broers hun mout te distilleren – deels om belasting te omzeilen. Donald zou later zijn broer uitkopen en de distilleerderij alleen voortzetten. Zijn tragische dood in een koperen distilleerketel (!) in 1847 leidde tot een korte managementcrisis, maar het merk bleef in familiehanden tot 1954. De Johnston-familie stond bekend om hun volharding en het beschermen van het unieke turfprofiel van Laphroaig – een whisky die je haat of adoreert, maar nooit vergeet.

Fun fact: Laphroaig is de enige whisky die een Royal Warrant kreeg van Prins Charles – zó uitgesproken is het karakter.

2. Ardbeg – Illegale wortels en Alexander Stewart

Hoewel Ardbeg pas in 1815 een officiële licentie kreeg, werd er al sinds 1794 illegaal gedistilleerd op de locatie. De eerste officiële uitbater was John MacDougall, maar het was Alexander Stewart die de distilleerderij in 1838 kocht en uitbouwde tot een grotere speler. De familie MacDougall bleef wel betrokken als distillateurs. Ardbeg kende hoogte- en dieptepunten, maar keerde na een sluiting in de jaren ’80 terug dankzij Glenmorangie plc en werd een cultmerk onder peat-liefhebbers.

Waarom het telt: Ardbeg was een van de eerste distilleerderijen die bewust koos voor zeer zwaar geturfd mout, waarmee het een niche in de markt veroverde.

3. Lagavulin – De strijd tussen smugglers en ondernemers

Lagavulin werd in 1816 opgericht door John Johnston (niet verwant aan Donald van Laphroaig), die tegelijk een naburige distilleerderij runde. In 1837 fuseerde Lagavulin met een andere lokale stokerij, geleid door Archibald Campbell. Uiteindelijk werd Lagavulin overgenomen door Peter Mackie – beter bekend als “Restless Peter”, een marketinggenie avant la lettre. Hij ontwikkelde ook het blendmerk White Horse en botste regelmatig met Laphroaig, zelfs tot aan de rechtbank toe. Mackie liet zelfs een kloon van Laphroaig’s stills bouwen toen hun samenwerking op de klippen liep.

Waarom dit belangrijk is: Lagavulin werd dankzij Mackie een icoon op de wereldmarkt, lang vóór het woord ‘branding’ gemeengoed was.

4. Bowmore – Een van de oudste, opgericht door David Simson

Bowmore werd in 1779 opgericht door David Simson, een handelaar en boer die naar Islay trok om zijn geluk te beproeven. Daarmee is Bowmore de oudste wettelijk erkende distilleerderij op Islay. De ligging aan Loch Indaal maakte het ideaal voor maritieme handel. De distilleerderij was baanbrekend: ze waren een van de eerste die elektriciteit en stromend water gebruikten, en zelfs een zwembad bouwden dat nog steeds gevuld wordt met afvalwarmte van de distilleerketels.

Trivia: Tijdens WOII werd Bowmore tijdelijk gesloten en deed dienst als opslag voor munitie – een gevaarlijke cocktail.

5. Bruichladdich – De gebroeders Harvey

In 1881 bouwden de broers Robert, William en John Harvey Bruichladdich met de ambitie om de modernste distilleerderij van hun tijd neer te zetten. Ze gebruikten een gravitationeel ontwerp, waardoor water en gerst op natuurlijke wijze door het proces stroomden. Ondanks een vooruitstrevend begin kende de distilleerderij veel sluitingen. In 2000 werd ze heropend door onafhankelijke bottelaars, met Jim McEwan als meesterblender – een legende die Bruichladdich opnieuw op de kaart zette.

Uniek aspect: Bruichladdich was altijd een beetje de buitenstaander op Islay: minder turf, meer elegantie, maar met een rebelse geest.

6. Caol Ila – Hector Henderson en latere overname

Opgericht in 1846 door Hector Henderson, die ook betrokken was bij Littlemill op het vasteland, kende Caol Ila geen makkelijke start. Pas na overname door Norman Buchanan in 1857 begon de distilleerderij te groeien. Later werd het eigendom van blenders zoals Bulloch Lade, wat Caol Ila een rol gaf als ruggengraat voor Johnnie Walker. De moderne herbouw in de jaren ’70 leverde kritiek op, maar tegenwoordig produceert men zowel geturfd als unpeated whisky.

Waarom het telt: Caol Ila is het stilistische cement tussen Laphroaig en Bunnahabhain – krachtig maar verfijnd.

7. Bunnahabhain – De ‘zachte’ Islay, opgericht door James Ford

James Ford richtte in 1881 Bunnahabhain op samen met de Greenlees Brothers. Hun doel? Een zachtere whisky maken voor blends, met minder turf en meer sherry-invloeden. Door de afgelegen ligging werd de distilleerderij uitsluitend via zee bevoorraad. Vandaag staat Bunnahabhain bekend om zijn unpeated single malts – uitzonderlijk voor Islay.

Fun fact: De naam betekent “monding van de rivier” in het Gaelic – passend voor een distilleerderij die afhankelijk was van zeetransport.


Conclusie: Meer dan alleen rook

Achter elk van deze beroemde Islay-distilleerderijen staan verhalen van lef, innovatie en doorzettingsvermogen. Ze werden opgericht door boeren, smokkelaars, zakenlui en rebellen – mensen die niet bang waren om tegen de stroom in te zwemmen. En dat proef je nog steeds.

Erik van der Sloot BSc

Erik van der Sloot draagt bij aan whiskygilde.nl, een website voor en door whiskyliefhebbers. De vragen en ervaringen van de leden van het gilde worden op deze site gedeeld. Naast het publiceren van artikelen op deze site is Erik vooral actief als IT-ondernemer. Erik van der Sloot is ook LORD OF GLENCOE en LORD OF LOCHABER en draagt daarmee bij tot de bescherming van de Schotse Highlands. https://www.highlandtitles.com/

Leave a Reply

Recente Berichten